Definitie Spoor Jargon

Spoor jargon dé definities:

DRGL: DienstRegeLing

Kopspoor: Spoor waar een trein eindigt

Kopstation: Treinen kunnen niet verder dan dit station (Leeuwarden, Groningen, Kampen)

Doorgaand/Doorvoer station: Station waar treinen kunnen doorrijden na haltering (Heerenveen, Zwolle)

Stootjuk/Stootblok: Staat veelal op het einde van een kopspoor. Dit blok geeft aan dat de trein niet verder kan.

LaLo: Laden & Lossen (afkorting voor laad & los plaatsen, vakterm Logistiek)

Afkortingen Treinstel / Locomotieven:

D-lok / treinstel: Diesel locomotief of treinstel
E-lok / treinstel: Elektrische locomotief of treinstel
Hybrid-lok / treinstel: Hybride locomotief of treinstel

Trein soorten:

HST: Hoge Snelheid Trein die alleen grote (belangrijke) steden aandoet via een HSL spoorverbinding (Hoge Snelheid Lijn vanaf 225 km/h)

IC: InterCity: Snelle treinverbinding tussen grote (belangrijke) steden die af en toe tussengelegen middelgrote stations aandoet (tot max. 160 tot 200 km/h)

Regio Express: Snelle treinverbinding die (bijna) alle stations aandoet gelegen aan een spoorlijn (tot max.160  tot 180 km/h)

Sneltrein / Sprinter: Snelle treinverbinding die alle stations aandoet gelegen aan een spoorlijn (tot max.160 km/h)

Stoptrein: Stopt écht op alle tussen gelegen station(netjes) tussen grote (belangrijke) steden. In de volksmond ook veel “boemeltrein” genoemd. Voorbeeld spoorlijntjes zijn Leeuwarden – Harlingen of Enschede – Gronau (tot max. 100 a 140 km/h afhankelijk van materieeltype)

Treinstellen:

D-GTW: Diesel GelenkTriebsWagen. Deze treinstellen zijn er in 2/6 & 2/8. Deze cijfers staan voor het aantal assen onder het treinstel: 6 & 8.

E-GTW Elektrische GelenkTriebsWagen. treinstellen zijn er in 2/6 & 2/8. Deze cijfers staan voor het aantal assen onder het treinstel: 6 & 8

WINK Wandelbarer, Innovativer Nahverkehrs-Kurzzug. Deze is afgeleid van de FLIRT, maar onderscheidt zich door middel van een tussenbak (ook de powerpack genoemd.)

ICMm: Gerenoveerd ICM treinstel met de bekende kop boven op voorzijde. 3 en 4 bak
(De letter m staat voor modernisering, letter m = niet meer in gebruik sinds 2018)

IRM IV & VI: Dubbeldekstreinstel  waarbij de IV een 4 bak (rijtuig) is en VI 6 bak (rijtuig)
De IRM VI zou middels een kleine aanpassing kunnen rijden op 25 kV

SLT: Sprinter Light Rail, deze rijden als  4 en 6 bak
De SLT zou middels een kleine aanpassing kunnen rijden op 25 kV

NSF3: Nieuwe Sprinter Flirt3 (Geen officieel erkende naam en/of afkorting) 3 en 4 bak

SNG: Sprinter Next Generation Type CAF Civity 3 en 4 bak

ICNG: InterCity Next Generation (Alstom Coradia Stream) 5 en 8 bak toegestaan in Nederland & België

ICE3(M): Inter City Express (HSL treinstel) die naast NL en DLD, ook door zouden kunnen rijden naar bijv. Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk.

TGV Thalys: Train à Grande Vitesse type Thalys PBKA (HSL treinstel) deze kunnen rijden tussen Parijs-Brussel-Köln-Amsterdam. (Gelijkstr. 1,5 kV, 3 kV, 15 kV & 25 kV)

TGV Duplex: Train à Grande Vitesse (Dubbeldekstreinstel voor HSL) Rijden momenteel veel tussen Paris-Marseille (Gelijkstr. 1,5 kV, 3 kV, 15 kV & 25 kV)

TGV Eurostar: Train à Grande Vitesse voor de kanaal tunnel tussen Parijs en Londen (Gelijkstr. 1,5 kV, 3 kV, 15 kV & 25 kV)

Locomotieven:

TRAXX locomotief: Elektrische Multi Lok v/d Firma Bombardier (voormalig huisleverancier van de NS)
Deze locomotief rijdt op meerdere soorten netspanningen (Gelijkstr. 1,5 kV, 3 kV, 15 kV & 25 kV) Dit is momenteel een locomotief die ons land veel aandoet

EuroSprinter ES 64 F4: Elektrische Multi Lok v/d Firma Siemens
Deze locomotief rijdt op meerdere soorten netspanningen (Wisselstr. 15 kV & 25kV / Gelijkstr. 15 kV & 3 kV) Momenteel is dit het meest milieu vriendelijke locomotief type die ons land aandoet.

Beveiligingssystemen:

ATB – EG: Automatische Trein Beïnvloeding (Eerste generatie a.k.a. Oer versie)

ATB-E: Automatische Trein Beïnvloeding Eenvoudig.

ATB-NG: Automatische Trein Beïnvloeding – Nieuwe Generatie

ATB-Vv: Automatische Trein Beïnvloeding – Vernieuwde versie

ERMTS: European Rail Traffic Management System

De werkingen van de systemen:

Bij het reguliere ATB-EG systeem krijgt de machinist voor het ingrijpen eerst een waarschuwing, waarna de machinist nog een bepaalde tijd heeft om te reageren. Reageert deze op tijd, dan volgt er geen ingreep.

ATB-E systeem zal altijd onmiddellijk ingrijpen, door te beginnen met een beperkte remming, de zogenaamde bedrijfsremming. Hierdoor wordt de tractie niet geblokkeerd om te voorkomen dat wielen blokkeren en beschadigen. Net als bij de reguliere ATB hoort de machinist eerst een gong als er een sein is gepasseerd dat een snelheidsvermindering oplegt. Grijpt de machinist niet binnen twee seconden in, dan volgt alsnog een noodremming, waarna het ATB E systeem met een knop eerst gereset dient te worden voordat er weer verder gereden kan worden. ATB-E is mede ontwikkeld in samenwerking met de Stoom Stichting Nederland (SSN), omdat een stoomloc een andere manier van remmen heeft dan een elektrische loc en het systeem ook geschikt moest worden gemaakt voor gebruik op historische tractievoertuigen die gebruikmaken van het hoofdspoornet.

ATB-NG is geen verbeterde versie van ATB – EG (Eerste Generatie) maar een nieuw treinbeïnvloedingssysteem dat op een geheel andere wijze werkt. ATB-NG werkt niet volgens constante spoorstroomlopen zoals EG maar puntsgewijs met bakens in de rails die het seinbeeld (de stand van het sein) weergeven aan een passerende trein. De bakens functioneren voor één rijrichting: Daarom liggen de bakens links van het midden in het spoor (gezien vanuit de cabine van de machinist). ATB-NG kent voor elke 10 km/h een stap (20 stappen voor 0 tot 200 km/h). Daarmee is het mogelijk om elk seinbeeld weer te geven. Rondom de snelheidsmeter zijn lampjes aangebracht die de maximum toegestane snelheid weergeven. Op de spoorlijnen Harlingen – Leeuwarden, Stavoren – Leeuwarden, Groningen – Roodeschool, Groningen – Delfzijl en Groningen – Nieuweschans was tot 2005 nog geen enkele vorm van treinbeïnvloeding aanwezig. ProRail heeft deze spoorwegen in 2005 voorzien van ATB-NG.

ATB-Vv is een toevoeging op het Nederlandse treinbeïnvloedingssysteem ATB-EG om treinen automatisch voor een gevaarpunt (meestal een wissel of kruising) te laten stoppen. Voor zover het systeem een passage van een stop tonend sein (STS) niet voorkomt, wordt er een mogelijk daaropvolgende aanrijding met voertuigen op het te kruisen spoor mee voorkomen. Principieel gezien vertellen de in het spoor geplaatste bakens, voorafgaand aan het stop tonende sein, dat de trein dit nadert. Als de trein te snel rijdt, grijpt de apparatuur in de trein in door een “veilige toestand” te creëren en de trein tot stilstand te brengen. Daarna kan de machinist ontgrendelen en verder rijden. Hierdoor is dus een heel bewuste handeling nodig om aan het stop tonende sein voorbij te rijden. Het systeem is echter niet fail-safe, waardoor de trein niet ingrijpt indien de ATB-Vv-apparatuur defect is. Met de start van de ATB ontstond er een probleem; de 50 Hz van de 3 kV installatie stoorde de ATB en er werd gekozen voor een andere frequentie van de 3 kV spanning. Dit werd 75 Hz, deze frequentie moest zelf gemaakt worden en dit gebeurde met roterende omvormers. Het systeem is te combineren met 3 kV spanningssysteem.

ERTMS:

Het ERTMS geeft rij toestemmingen aan treinen door, via (euro)balises of via een aantal voor spoorwegen gereserveerde GSM-kanalen. Een ERTMS-rij-toestemming geeft precies aan tot waar een trein mag rijden en welke maximumsnelheid daarbij geldt. De boordapparatuur van het ERTMS in de trein controleert deze maximum snelheid continu en berekent lagere maximumsnelheden waar dat nodig is, bijvoorbeeld: Voor bogen, voor wissels of bij nadering van een stop tonend sein. Als een trein het einde van de rijtoestemming nadert neemt de berekende maximumsnelheid af, tot uiteindelijk 0 km/u aan het einde van de rij-toestemming. De maximumsnelheid wordt aan de machinist of treinbestuurder getoond via een scherm, de z.g.n. “driver machine interface”. Het tonen van de rij toestemming in de cabine ofwel stuurpost noemt men cabine seingeving of stuurpost signalisatie. Voor het geven van rij toestemmingen zijn geen seinen langs de baan meer nodig. Als de machinist of treinbestuurder sneller rijdt dan de berekende maximumsnelheid waarschuwt de boordapparatuur. Reageert de machinist of treinbestuurder niet (tijdig) dan grijpt het de boordapparatuur van het ERTMS in en remt de trein af of brengt de trein tot stilstand. Daarmee biedt het ERTMS een geavanceerde treinbeïnvloeding. ERMTS kan onder meerdere spanningsoorten worden gebruikt (bijvoorkeur op het Europeese 25 kV). De Europese Commissie heeft de toepassingsniveaus 1, 2 en 3 vastgelegd. In plaats van ’toepassingsniveau’ gebruikt men in Nederland vaak het Engelse woord ‘level’, als verkorting van ‘application level’. ERTMS-niveau 3 is nog niet beschikbaar.

Milieu bewust / Duurzaam spoor:

Hybride treinstellen en locomotieven zijn van oudsher DE (Diesel Elektrische) treinstellen / locomotieven. Ook de NS heeft in hun glorie dagen met DE treinstellen en locomotieven gereden ( DEI en DEII treinstellen a.k.a “de Blauwe Engelen” en de DE 22/2300 locomotieven waarvan sommigen ook nog “Radiografisch” waren uitgerust). Naast de DE stellen waren er ook nog Accu-treinen waarvan de elektromotoren gevoed werden door accu’s. Deze treinstellen reden metname tussen Enschede – Gronau & Maastricht en Aken. De ontwikkeling van de Hybride treinstellen en locomotieven is pas later verbeterd, hedendaags zijn de DE-B (Diesel Elektrisch Biological >> biologische diesel) en de LNG (De Liquefied/liquid natural gas >> vloeibaar gas) aan het rijtje toegevoegd. Het elektrisch rijden blijft tot op de dag van vandaag de meest gebruikte, duurzaamste en milieu bewuste manier om mee te rijden.

OV Hub: Hubs zorgen dat reizigers eenvoudig en flexibel kunnen reizen, waarbij zij gebruik maken van verschillende, schone vervoersvormen die passen bij hun specifieke reis. Veelal te vergelijken of aansluitbaar op een Transferium

Transferium: Een transferium is een P+R parkeergelegenheid aan de rand van een stad om de parkeerdruk van het stadscentrum en de files op de wegen naar de stad te verminderen. Deze voorziening is specifiek voor (door)reizen naar het stadscentrum.

Mobiliteitshub: Een grote oppervlakte/omgeving waar alle stromingen van vervoer en goederen bij elkaar komen.  Denk hierbij aan een groot samenkomst van: Tram, trein, (bel) bus, taxi, brom/scoot/snorfiets, bestelbus, distributiecentra, warehouses, goederenoverslagpunt (Terminal) minivans, vrachtwagens  goederentrein, scheepvaart etc. etc. Vaak verbonden aan een Transferium.

Afkortingen Friese / Fryske Stations (bestaande)

Lw = Leeuwarden
Gw = Grou – Jirnsum
Akm = Akkrum
Hr = Heerenveen
Hry = Heerenven IJsstadion (alleen bij evenementen)
WV = Wolvega
Dei = Deinum
Drp = Dronrijp
Fn = Franeker
Hlg = Harlingen
Hlgh = Harlingen haven
Mg = Mantgum
Sknd = Sneek – Noord
Sk = Sneek
IJT = IJlst
Wk = Workum
Hnp = Hindeloopen
Kmw = Koudum – Molkwerum
Stv =  Stavoren
Hdg = Hurdegaryp
Vwd = Veenwouden
Zww = Zwaagwesteinde (Westereen)
Bp = Buitenpost

Afkorting Friese / Fryske stations (Nog niet verbonden of erkend)

Lww: Leeuwarden – Werpsterhoeke

Dtn: Drachten

Hrsw = Heerenveen Skoaterwâld

Afkortingen Stations tot Zwolle (bestaande)

Swk = Steenwijk
Mp = Meppel
Zl = Zwolle

©WgSiF 2022